Algemene degustatie - vrijdag 2 december 2011
Jessenhofke Tafelbier (3,5 %) - Jessenhofke, Kuringen
Gert Jordens is al vele jaren bezig als amateurbrouwer. De eerste installatie had een kapaciteit van slechts 32 liter, maar werd algauw uitgebreid tot 90 liter per brouwsel. In 2002 kreeg hij de prijs van beste amateurbrouwer van de Limburgse Biervrienden, en in augustus 2005 kocht hij een semi-professionele installatie aan met een kapaciteit van 120 liter waarin de eerste recepten werden ontwikkeld die gestalte zouden geven aan de bekende Jessenhofke Tripel. De bieren voor verkoop werden gebrouwen in de Proefbrouwerij. De eigen brouwinstallatie werd enkel gebruikt voor het ontwikkelen van de recepten, het maken van proefbrouwsels en voor demobrouwsels tijdens het arrangement "brouwer voor één dag". Van 2006 tot 2008 volgde Gert brouwcursussen bij het CTL in Gent en in augustus 2010 werd Jessenhofke officieel als brouwerij erkend door accijnzen, tien jaar nadat de eerste brouwsels uit de ketels in Kuringen vloeiden. Dit houdt in dat ook de eigen gebrouwen bieren nu kunnen verkocht worden, naast de verschillende "commerciële bieren" op grotere volumes die nog steeds in de Proefbrouwerij worden gebrouwen.
Alle bieren van Jessenhofke zijn biologisch. De hop wordt afgenomen van de biologische hopteler Joris Cambie in Poperinge, de enige gecertificeerde biologische hopplantage in België, die dit jaar ook met een eigen brouwerij De Plukker begon. Een bier mag het label Bio dragen als de ingrediënten bekomen zijn uit de biologische landbouw, dat wil zeggen dat de gerst en de hop niet bespoten zijn. De volledige keten van teler over producent tot verdeler wordt gecontroleerd via jaarlijkse controles door de officiële instantie Integra. Iedereen in de schakel moet certificaten kunnen voorleggen voor alle biologische ingrediënten, en deze moeten ook aan de klanten kunnen worden gegeven. Tijdens het productieproces mogen geen chemische additieven toegevoegd worden. Er wordt liefst zoveel mogelijk gebruik gemaakt van regionale ingrediënten en het gebruik van water en energie moet zo zuinig mogelijk gebeuren. Bijkomend kunnen bepaalde ingrediënten, zoals de rietsuiker, fair trade zijn, maar dit is geen vereiste.
Tafelbier is gezonder dan frisdrank omdat het minder suikers (en dus calorieën) bevat. Jessenhofke wil de traditie van tafelbier bij de maaltijd in ere herstellen en ontwierp in samenwerking met horecaopleiding Rouppe uit Brussel dit nieuwe bier. Het is volledig biologisch met de gekende bio-hop van Joris Cambie uit Poperinge. Dit bier is een collector's item, want de naam zal veranderen in Licht Blond.
Gert Jordens is al vele jaren bezig als amateurbrouwer. De eerste installatie had een kapaciteit van slechts 32 liter, maar werd algauw uitgebreid tot 90 liter per brouwsel. In 2002 kreeg hij de prijs van beste amateurbrouwer van de Limburgse Biervrienden, en in augustus 2005 kocht hij een semi-professionele installatie aan met een kapaciteit van 120 liter waarin de eerste recepten werden ontwikkeld die gestalte zouden geven aan de bekende Jessenhofke Tripel. De bieren voor verkoop werden gebrouwen in de Proefbrouwerij. De eigen brouwinstallatie werd enkel gebruikt voor het ontwikkelen van de recepten, het maken van proefbrouwsels en voor demobrouwsels tijdens het arrangement "brouwer voor één dag". Van 2006 tot 2008 volgde Gert brouwcursussen bij het CTL in Gent en in augustus 2010 werd Jessenhofke officieel als brouwerij erkend door accijnzen, tien jaar nadat de eerste brouwsels uit de ketels in Kuringen vloeiden. Dit houdt in dat ook de eigen gebrouwen bieren nu kunnen verkocht worden, naast de verschillende "commerciële bieren" op grotere volumes die nog steeds in de Proefbrouwerij worden gebrouwen.
Alle bieren van Jessenhofke zijn biologisch. De hop wordt afgenomen van de biologische hopteler Joris Cambie in Poperinge, de enige gecertificeerde biologische hopplantage in België, die dit jaar ook met een eigen brouwerij De Plukker begon. Een bier mag het label Bio dragen als de ingrediënten bekomen zijn uit de biologische landbouw, dat wil zeggen dat de gerst en de hop niet bespoten zijn. De volledige keten van teler over producent tot verdeler wordt gecontroleerd via jaarlijkse controles door de officiële instantie Integra. Iedereen in de schakel moet certificaten kunnen voorleggen voor alle biologische ingrediënten, en deze moeten ook aan de klanten kunnen worden gegeven. Tijdens het productieproces mogen geen chemische additieven toegevoegd worden. Er wordt liefst zoveel mogelijk gebruik gemaakt van regionale ingrediënten en het gebruik van water en energie moet zo zuinig mogelijk gebeuren. Bijkomend kunnen bepaalde ingrediënten, zoals de rietsuiker, fair trade zijn, maar dit is geen vereiste.
Tafelbier is gezonder dan frisdrank omdat het minder suikers (en dus calorieën) bevat. Jessenhofke wil de traditie van tafelbier bij de maaltijd in ere herstellen en ontwierp in samenwerking met horecaopleiding Rouppe uit Brussel dit nieuwe bier. Het is volledig biologisch met de gekende bio-hop van Joris Cambie uit Poperinge. Dit bier is een collector's item, want de naam zal veranderen in Licht Blond.
Carioca (4,8 %) - Lion à Plume, Post (gebrouwen bij Brasserie de Bastogne, Vaux-sur-Sûre)
Lion à Plume is een jonge bierfirma uit de streek van Bastogne. Ze zetten hun eerste stappen in de brouwwereld bij Brasserie Sainte-Hélène in Ethe (Virton), maar verhuisden intussen naar Brasserie de Bastogne in Vaux-sur-Sûre. Julien Gascard krijgt daar het rijk voor zich alleen en kan er volledig zelfstandig zijn brouwactiviteit uitoefenen.
Het eerste bier van deze bierfirma, de verfrissende saison Métisse, was al te proeven op ons tweede Diesters Bierfestival en oogstte er veel bijval. Dit bier bevat Engelse (E.K. Goldings) en Amerikaanse (Cascade) hopsoorten wat het een evenwichtig en beslist hoppig aspect geeft. Nadien ontwikkelde Julien een eigenzinnig witbier, deze Carioca.
De meest recente verwezenlijking van Lion à Plume is de fenomenale Russian Imperial Stout Postiche, die hoge ogen scoorde op ons derde festival en daar volledig uitverkocht raakte. Gezien de zeer goede kritieken die dit bier mocht ontvangen, zullen we het zeker in de toekomst nog vaker tegenkomen. Het bevat Amerikaanse Amarillo-hop, die in combinatie met het chocoladeachtige van de stout een zeer goed smakenpallet tentoonspreiden.
Intussen bouwt Lion à Plume verder aan de promotie van zijn bieren. Enkele maanden geleden werden nieuwe, bedrukte dozen gemaakt om het bier in te verpakken, en ook vaten (20 liter) met het logo van de brouwerij zijn voorzien. Het zou dus best kunnen dat één van de bieren binnenkort wel eens ergens opduikt op vat - houd dat zeker in de gaten!
Carioca is een witbier zonder kruiden, wat het zeker wat ongewoon maakt in het rijtje van witbieren. Het bier heeft een subtiele smaak van citrusvruchten (vooral pompelmoes), aangebracht door twee Amerikaanse hopsoorten. Het is een erg verfrissend en zomers biertje, licht in alcohol.
Carioca is eigenlijk de benaming voor een inwoner van Rio de Janeiro in Brazilië, maar ook een dans van Fred Astaire. Julien koos deze naam voor zijn bier om er een zomers en feestelijk aspect aan te geven.
Lion à Plume is een jonge bierfirma uit de streek van Bastogne. Ze zetten hun eerste stappen in de brouwwereld bij Brasserie Sainte-Hélène in Ethe (Virton), maar verhuisden intussen naar Brasserie de Bastogne in Vaux-sur-Sûre. Julien Gascard krijgt daar het rijk voor zich alleen en kan er volledig zelfstandig zijn brouwactiviteit uitoefenen.
Het eerste bier van deze bierfirma, de verfrissende saison Métisse, was al te proeven op ons tweede Diesters Bierfestival en oogstte er veel bijval. Dit bier bevat Engelse (E.K. Goldings) en Amerikaanse (Cascade) hopsoorten wat het een evenwichtig en beslist hoppig aspect geeft. Nadien ontwikkelde Julien een eigenzinnig witbier, deze Carioca.
De meest recente verwezenlijking van Lion à Plume is de fenomenale Russian Imperial Stout Postiche, die hoge ogen scoorde op ons derde festival en daar volledig uitverkocht raakte. Gezien de zeer goede kritieken die dit bier mocht ontvangen, zullen we het zeker in de toekomst nog vaker tegenkomen. Het bevat Amerikaanse Amarillo-hop, die in combinatie met het chocoladeachtige van de stout een zeer goed smakenpallet tentoonspreiden.
Intussen bouwt Lion à Plume verder aan de promotie van zijn bieren. Enkele maanden geleden werden nieuwe, bedrukte dozen gemaakt om het bier in te verpakken, en ook vaten (20 liter) met het logo van de brouwerij zijn voorzien. Het zou dus best kunnen dat één van de bieren binnenkort wel eens ergens opduikt op vat - houd dat zeker in de gaten!
Carioca is een witbier zonder kruiden, wat het zeker wat ongewoon maakt in het rijtje van witbieren. Het bier heeft een subtiele smaak van citrusvruchten (vooral pompelmoes), aangebracht door twee Amerikaanse hopsoorten. Het is een erg verfrissend en zomers biertje, licht in alcohol.
Carioca is eigenlijk de benaming voor een inwoner van Rio de Janeiro in Brazilië, maar ook een dans van Fred Astaire. Julien koos deze naam voor zijn bier om er een zomers en feestelijk aspect aan te geven.
Pompebier (6,5 %) - 't Hofbrouwerijke, Beerzel
't Hofbrouwerijke werd opgericht in 2005. De jaarproductie bedraagt 20.000 liter. De voorgeschiedenis van de brouwerij staat te lezen op de website en is een mysterieus verhaal over een eerste brouwsel van Jef Goetelen dat door de afvoer van het labo Biochemie gegoten werd, na de nodige analyses om de mislukking van het brouwsel te proberen verklaren.
Na dat avontuur bleef het 15 jaar stil rond Jef. In 2001 kwam hij opnieuw in contact met het brouwwereldje en ging hij naar de brouwschool. Zijn volgende brouwsel was een geslaagde tripel, wat hem sterkte in zijn vertrouwen. De jaren nadien ging hij af en toe hobbybrouwen en experimenteren bij de Molse bier- en wijngilde, maar de afstand tussen Beerzel en Mol was groot en verhinderde hem om dit op geregelde tijdstippen te doen. Dus zocht hij een mogelijkheid om zijn hobby dichter bij huis uit te oefenen, en dat lukte onverwacht: in een aanpalende woning kon hij terecht om zijn brouwerij uit te bouwen. Dat werd 't Hofbrouwerijke, iets groter van schaal dan hij aanvankelijk van plan was, en door die grote schaal ook een stuk officiëler dan verwacht. Maar ondanks het feit dat zijn hobby behoorlijk uit de hand gelopen is, blijft Jef het nog altijd als een hobby zien.
Het brouwen gebeurt nog steeds artisanaal; het vergisten en de rijping zijn geautomatiseerd om verrassingen te voorkomen. Jef heeft recent zijn brouwerij uitgebreid met een nieuwe aanbouw, en nam ook "Superbella" in dienst, de nieuwe en professionele bottelmachine.
Jef biedt geïnteresseerden ook de kans om "brouwer voor één dag" te worden. Dit kan gaan van gewoon een dagje de roerstok hanteren, over een eigen recept laten uitwerken voor een café, restaurant of vereniging, tot zelf een eigen biertje ontwikkelen. Aan een dagje hard labeur houd je een eigen biertje over. Het brouwsel kan tussen 350 en 500 liter zitten. Bij de activiteit hoort natuurlijk ook een stukje theorie, die op voorhand of tijdens het brouwen gegeven wordt.
Pompebier is eigenlijk hetzelfde bier als "Ceci n'est pas une saison", maar dan met een ander etiket. Het werd op de markt gebracht voor café-restaurant De Commerce. Ceci n'est pas une saison is afgeleid van 't Hofbrouwerijke’s andere saison, Hofsaizon (eerder dit jaar voorgesteld op het ZBF), maar dan zonder de experimentele zurigheid.
't Hofbrouwerijke werd opgericht in 2005. De jaarproductie bedraagt 20.000 liter. De voorgeschiedenis van de brouwerij staat te lezen op de website en is een mysterieus verhaal over een eerste brouwsel van Jef Goetelen dat door de afvoer van het labo Biochemie gegoten werd, na de nodige analyses om de mislukking van het brouwsel te proberen verklaren.
Na dat avontuur bleef het 15 jaar stil rond Jef. In 2001 kwam hij opnieuw in contact met het brouwwereldje en ging hij naar de brouwschool. Zijn volgende brouwsel was een geslaagde tripel, wat hem sterkte in zijn vertrouwen. De jaren nadien ging hij af en toe hobbybrouwen en experimenteren bij de Molse bier- en wijngilde, maar de afstand tussen Beerzel en Mol was groot en verhinderde hem om dit op geregelde tijdstippen te doen. Dus zocht hij een mogelijkheid om zijn hobby dichter bij huis uit te oefenen, en dat lukte onverwacht: in een aanpalende woning kon hij terecht om zijn brouwerij uit te bouwen. Dat werd 't Hofbrouwerijke, iets groter van schaal dan hij aanvankelijk van plan was, en door die grote schaal ook een stuk officiëler dan verwacht. Maar ondanks het feit dat zijn hobby behoorlijk uit de hand gelopen is, blijft Jef het nog altijd als een hobby zien.
Het brouwen gebeurt nog steeds artisanaal; het vergisten en de rijping zijn geautomatiseerd om verrassingen te voorkomen. Jef heeft recent zijn brouwerij uitgebreid met een nieuwe aanbouw, en nam ook "Superbella" in dienst, de nieuwe en professionele bottelmachine.
Jef biedt geïnteresseerden ook de kans om "brouwer voor één dag" te worden. Dit kan gaan van gewoon een dagje de roerstok hanteren, over een eigen recept laten uitwerken voor een café, restaurant of vereniging, tot zelf een eigen biertje ontwikkelen. Aan een dagje hard labeur houd je een eigen biertje over. Het brouwsel kan tussen 350 en 500 liter zitten. Bij de activiteit hoort natuurlijk ook een stukje theorie, die op voorhand of tijdens het brouwen gegeven wordt.
Pompebier is eigenlijk hetzelfde bier als "Ceci n'est pas une saison", maar dan met een ander etiket. Het werd op de markt gebracht voor café-restaurant De Commerce. Ceci n'est pas une saison is afgeleid van 't Hofbrouwerijke’s andere saison, Hofsaizon (eerder dit jaar voorgesteld op het ZBF), maar dan zonder de experimentele zurigheid.
Kriek Den Triest (5 %) - Den Triest, Kapelle-op-den-Bos
Microbrouwerij Den Triest is gevestigd in Kapelle-op-den-Bos en brouwt standaard vier biersoorten: Blond, Dubbel, Tripel en Kriek, en eerder dit jaar stelde de brouwerij nog de Triest Pale Ale voor op het ZBF. In de winter komt de Triest X-Mas erbij, en verder zijn er nog de gelegenheidsbieren Kesse en De Neus, en Gendarme die voor The Beer Brothers in Mechelen wordt gemaakt. Voor cafés of verenigingen kan er ook een origineel bier besteld worden (minimum 180 flessen van 75cl), waarbij enkele mensen van de vereniging kunnen komen meebrouwen.
Marc Struyf bouwde zijn hooischuur om tot buurtcafé (waarin zijn gigantische verzameling bieretiketten, bierflesjes, kroonkurken en glazen ook is ondergebracht) en heeft in een klein bijgebouwtje zijn microbrouwerij gevestigd. De bieren heeft hij genoemd naar de straat waar hij woont (Trieststraat). De brouwinstallatie heeft een zeer gevarieerde herkomst: de beslagkuip (200 liter) is een omgebouwde soepketel van een grootkeuken. De filterkuip komt van de voormalige brouwerij Isebaert uit Woesten (die later een nieuwe start maakte als Deca Services). De Vijf gist- en lagertanks van 200 liter komen van een Franse wijnboer. Enkel de kookketel werd speciaal gemaakt naar de behoefte van de brouwerij.
Dit jaar heeft Marc ook voor het eerst eigen hop (Target) geoogst, een stevige bitterhop. Het was nog niet veel, maar de planten renderen pas echt vanaf het derde jaar.
Kriek Den Triest is een kriekenbier met 100% natuurlijke ingrediënten, ongepasteuriseerd en ongefilterd. Het wordt gebrouwen met 60% pilsmout en 40% tarwemout. De hop is Belgische Whitbread Golding Variety en Marinka. In deze Kriek gebruikt de brouwer ook 30% kriekensiroop, ingevoerd uit Oost-Europa (Polen, wellicht). Daardoor kleurt de schuimkraag heerlijk rose-rood.
Microbrouwerij Den Triest is gevestigd in Kapelle-op-den-Bos en brouwt standaard vier biersoorten: Blond, Dubbel, Tripel en Kriek, en eerder dit jaar stelde de brouwerij nog de Triest Pale Ale voor op het ZBF. In de winter komt de Triest X-Mas erbij, en verder zijn er nog de gelegenheidsbieren Kesse en De Neus, en Gendarme die voor The Beer Brothers in Mechelen wordt gemaakt. Voor cafés of verenigingen kan er ook een origineel bier besteld worden (minimum 180 flessen van 75cl), waarbij enkele mensen van de vereniging kunnen komen meebrouwen.
Marc Struyf bouwde zijn hooischuur om tot buurtcafé (waarin zijn gigantische verzameling bieretiketten, bierflesjes, kroonkurken en glazen ook is ondergebracht) en heeft in een klein bijgebouwtje zijn microbrouwerij gevestigd. De bieren heeft hij genoemd naar de straat waar hij woont (Trieststraat). De brouwinstallatie heeft een zeer gevarieerde herkomst: de beslagkuip (200 liter) is een omgebouwde soepketel van een grootkeuken. De filterkuip komt van de voormalige brouwerij Isebaert uit Woesten (die later een nieuwe start maakte als Deca Services). De Vijf gist- en lagertanks van 200 liter komen van een Franse wijnboer. Enkel de kookketel werd speciaal gemaakt naar de behoefte van de brouwerij.
Dit jaar heeft Marc ook voor het eerst eigen hop (Target) geoogst, een stevige bitterhop. Het was nog niet veel, maar de planten renderen pas echt vanaf het derde jaar.
Kriek Den Triest is een kriekenbier met 100% natuurlijke ingrediënten, ongepasteuriseerd en ongefilterd. Het wordt gebrouwen met 60% pilsmout en 40% tarwemout. De hop is Belgische Whitbread Golding Variety en Marinka. In deze Kriek gebruikt de brouwer ook 30% kriekensiroop, ingevoerd uit Oost-Europa (Polen, wellicht). Daardoor kleurt de schuimkraag heerlijk rose-rood.
Nikolaas Tripel (9 %) - De Schuur, Linden
Brouwerij De Schuur in Linden is een kleine, ambachtelijke microbrouwerij, in handen van brouwer Jan Symons. Hij kreeg de smaak te pakken na een brouwerijbezoek in Hoegaarden en begon als hobbybrouwer te experimenteren. Blijkbaar waren de proefbrouwsels niet zo geslaagd, want zijn zussen deden hem al snel een boek over bier brouwen cadeau… Dat boek zorgde er alleen maar voor dat zijn passie nog groter werd: hij richtte een officieel erkende microbrouwerij in en begon in 1994 met zijn eerste bier Meneer. In 2000 kwam er de Nikolaas Tripel bij; beide bieren worden nog steeds gebrouwen.
De brouwerij was altijd al erg kleinschalig, in een kamertje in het huis van zijn moeder. Recent verhuisde de brouwerij naar de overkant van de straat en verminderde de productie nog: tegenwoordig brouwt hij zesmaal per jaar een 230-tal flessen van 75cl, dus een 170 liter per keer. Het spreekt voor zich dat de bieren regelmatig uitverkocht zijn!
Nikolaas Tripel is een fruitig bruin bier van hoge gisting, 9 vol.% alc., gemaakt met alleen maar natuurzuivere ingrediënten. De licht gebrande smaak komt voort uit het gebruik van karamelmout. Ook kandijsuiker werd toegevoegd, maar die maakt het bier zeker niet te zoet.
Brouwerij De Schuur in Linden is een kleine, ambachtelijke microbrouwerij, in handen van brouwer Jan Symons. Hij kreeg de smaak te pakken na een brouwerijbezoek in Hoegaarden en begon als hobbybrouwer te experimenteren. Blijkbaar waren de proefbrouwsels niet zo geslaagd, want zijn zussen deden hem al snel een boek over bier brouwen cadeau… Dat boek zorgde er alleen maar voor dat zijn passie nog groter werd: hij richtte een officieel erkende microbrouwerij in en begon in 1994 met zijn eerste bier Meneer. In 2000 kwam er de Nikolaas Tripel bij; beide bieren worden nog steeds gebrouwen.
De brouwerij was altijd al erg kleinschalig, in een kamertje in het huis van zijn moeder. Recent verhuisde de brouwerij naar de overkant van de straat en verminderde de productie nog: tegenwoordig brouwt hij zesmaal per jaar een 230-tal flessen van 75cl, dus een 170 liter per keer. Het spreekt voor zich dat de bieren regelmatig uitverkocht zijn!
Nikolaas Tripel is een fruitig bruin bier van hoge gisting, 9 vol.% alc., gemaakt met alleen maar natuurzuivere ingrediënten. De licht gebrande smaak komt voort uit het gebruik van karamelmout. Ook kandijsuiker werd toegevoegd, maar die maakt het bier zeker niet te zoet.
Carrousel (6 %) - De Vlier, Holsbeek
Hoewel De Vlier een zeer jonge brouwerij is, heeft Marc Andries al behoorlijk wat ervaring achter de kiezen. Hij studeerde af als ingenieur in de scheikundige en landbouwindustrieën, en ging eerst aan de slag bij Meura, in België de grootste producent van materiaal voor de brouwerijindustrie, waar hij onderzoek verrichte naar gistingssystemen. Nadien begon Marc een loopbaan uit te bouwen bij de brouwerijen zelf. Eerst in Achouffe, dan bij brouwerij Haacht waar hij de leiding kreeg over de bottelarij. Marc werd benaderd door Liefmans, maar de brouwerij ging vroegtijdig failliet. De droom om een eigen brouwerij op te richten, kwam toen in een stroomversnelling. Brouwerij De Vlier werd op 10 maart 2008 boven de doopvont gehouden. Als locatie werd een leegstaand gebouw in het centrum van de Leuvense deelgemeente Kessel-Lo gevonden, waar vroeger het café Bieduif’ke was gevestigd. In april 2008 werd de brouwinstallatie aangekocht in Canada, begin juli werd het eerste bier reeds op grote schaal gebrouwen.
In het najaar van 2009 verhuisde de brouwerij van Kessel-Lo naar het Hagelandse Holsbeek waar ruimte werd gevonden voor de brouwerij en een ruim proeflokaal. Aangezien het dezelfde watermaatschappij is die instaat voor het leidingwater in Kessel-Lo als in Holsbeek, was er geen verschil in het bier te merken. Brouwerij De Vlier brouwt 3 standaardbieren: Kessel Blond, Kessel 69 en Gulden Delle. Daarnaast is de brouwerij van plan om 1 extra bier per seizoen te brouwen. De Kessel X-Mas (een van onze vatenbieren op het recentste festival) en de Holsbeek Lente Tripel bestaan reeds. De Gulden Delle zou normaal gezien het zomerbier geworden zijn, maar vorig jaar kwam het net te laat voor de zomer. Bovendien viel het bier zo in de smaak dat het vast in het gamma is gekomen. Het basisbier voor Gulden Delle doet nu ook dienst als basisbier voor twee nieuwe creaties: de Brut en Ferme Framboos.
Volgend jaar komt er voor het eerst een herfstbier, en het nieuwe zomerbier is er dus ook sinds dit jaar: de Carrousel.
Carrousel is het nieuwe zomerbier van de Hagelandse brouwerij De Vlier. Vier granen (spelt, gerst, tarwe en haver) werden bij de productie van dit heerlijk verfrissende en dorstlessende bier gebruikt. Het uitgesproken fruitig aromatisch karakter wordt verkregen door het gebruik van verschillende hopvariëteiten, waaronder de zeldzame Noord-Amerikaanse hopsoort Citra.
Hoewel De Vlier een zeer jonge brouwerij is, heeft Marc Andries al behoorlijk wat ervaring achter de kiezen. Hij studeerde af als ingenieur in de scheikundige en landbouwindustrieën, en ging eerst aan de slag bij Meura, in België de grootste producent van materiaal voor de brouwerijindustrie, waar hij onderzoek verrichte naar gistingssystemen. Nadien begon Marc een loopbaan uit te bouwen bij de brouwerijen zelf. Eerst in Achouffe, dan bij brouwerij Haacht waar hij de leiding kreeg over de bottelarij. Marc werd benaderd door Liefmans, maar de brouwerij ging vroegtijdig failliet. De droom om een eigen brouwerij op te richten, kwam toen in een stroomversnelling. Brouwerij De Vlier werd op 10 maart 2008 boven de doopvont gehouden. Als locatie werd een leegstaand gebouw in het centrum van de Leuvense deelgemeente Kessel-Lo gevonden, waar vroeger het café Bieduif’ke was gevestigd. In april 2008 werd de brouwinstallatie aangekocht in Canada, begin juli werd het eerste bier reeds op grote schaal gebrouwen.
In het najaar van 2009 verhuisde de brouwerij van Kessel-Lo naar het Hagelandse Holsbeek waar ruimte werd gevonden voor de brouwerij en een ruim proeflokaal. Aangezien het dezelfde watermaatschappij is die instaat voor het leidingwater in Kessel-Lo als in Holsbeek, was er geen verschil in het bier te merken. Brouwerij De Vlier brouwt 3 standaardbieren: Kessel Blond, Kessel 69 en Gulden Delle. Daarnaast is de brouwerij van plan om 1 extra bier per seizoen te brouwen. De Kessel X-Mas (een van onze vatenbieren op het recentste festival) en de Holsbeek Lente Tripel bestaan reeds. De Gulden Delle zou normaal gezien het zomerbier geworden zijn, maar vorig jaar kwam het net te laat voor de zomer. Bovendien viel het bier zo in de smaak dat het vast in het gamma is gekomen. Het basisbier voor Gulden Delle doet nu ook dienst als basisbier voor twee nieuwe creaties: de Brut en Ferme Framboos.
Volgend jaar komt er voor het eerst een herfstbier, en het nieuwe zomerbier is er dus ook sinds dit jaar: de Carrousel.
Carrousel is het nieuwe zomerbier van de Hagelandse brouwerij De Vlier. Vier granen (spelt, gerst, tarwe en haver) werden bij de productie van dit heerlijk verfrissende en dorstlessende bier gebruikt. Het uitgesproken fruitig aromatisch karakter wordt verkregen door het gebruik van verschillende hopvariëteiten, waaronder de zeldzame Noord-Amerikaanse hopsoort Citra.
Bitter Sweet Symphony (7,8 %) - 't Gaverhopke, Stasegem
Brouwerij 't Gaverhopke werd opgericht in 1994 door Erik Ameye, die er 13 jaar lang met veel liefde brouwde. Op 1 oktober 2007 ging Erik op welverdiend pensioen en werd de brouwerij overgenomen door Gudrun en Bruno. Het brouwen is de verantwoordelijkheid van Gudrun; ze is één van de weinige vrouwelijke brouwers en is voltijds bezig met het brouwen en promoten van haar bieren. Ondertussen worden er enorm veel bieren gebrouwen: Blondje, Bruintje, Bruin 12, Paasbier, Kerstbier, Kriek, Zingende Blondine, Koerseklakse,...
Op 28 oktober van dit jaar stapten Gudrun en Bruno, naast 't Gaverhopke, in een nieuw project: brouwerij Eutropius. Deze nieuwe brouwerij vestigde zich in de oude gebouwen van brouwerij Alvinne toen die naar Moen verhuisden. En op zeer korte tijd, produceerden ze ook daar al 4 bieren: First Angel, Stout Bruintje, Vinkenier en Winterse Heerlijkheid.
Bitter Sweet Symphony is een zeer toegankelijke en gebalanceerde IPA (India Pale Ale). 't Gaverhopke ging hiervoor samenwerken met Tired Hands Brewing Company uit Ardmore, Pennsylvania (USA). In april van dit jaar bracht Jean Broillet IV van Tired Hands een week door in België en produceerde samen met Gudrun en Bruno van 't Gaverhopke dit bitter-zoete bier. Er werd karamelmout en tarwe gebruikt, samen met de favoriete citrushop van Jean en de huisgist van 't Gaverhopke.
Brouwerij 't Gaverhopke werd opgericht in 1994 door Erik Ameye, die er 13 jaar lang met veel liefde brouwde. Op 1 oktober 2007 ging Erik op welverdiend pensioen en werd de brouwerij overgenomen door Gudrun en Bruno. Het brouwen is de verantwoordelijkheid van Gudrun; ze is één van de weinige vrouwelijke brouwers en is voltijds bezig met het brouwen en promoten van haar bieren. Ondertussen worden er enorm veel bieren gebrouwen: Blondje, Bruintje, Bruin 12, Paasbier, Kerstbier, Kriek, Zingende Blondine, Koerseklakse,...
Op 28 oktober van dit jaar stapten Gudrun en Bruno, naast 't Gaverhopke, in een nieuw project: brouwerij Eutropius. Deze nieuwe brouwerij vestigde zich in de oude gebouwen van brouwerij Alvinne toen die naar Moen verhuisden. En op zeer korte tijd, produceerden ze ook daar al 4 bieren: First Angel, Stout Bruintje, Vinkenier en Winterse Heerlijkheid.
Bitter Sweet Symphony is een zeer toegankelijke en gebalanceerde IPA (India Pale Ale). 't Gaverhopke ging hiervoor samenwerken met Tired Hands Brewing Company uit Ardmore, Pennsylvania (USA). In april van dit jaar bracht Jean Broillet IV van Tired Hands een week door in België en produceerde samen met Gudrun en Bruno van 't Gaverhopke dit bitter-zoete bier. Er werd karamelmout en tarwe gebruikt, samen met de favoriete citrushop van Jean en de huisgist van 't Gaverhopke.
Winter 12 (7,5 %) - Hof Ten Dormaal, Tildonk
Brouwerij Hof Ten Dormaal in Tildonk bij Haacht is een werkende vierkantshoeve midden in de velden. André Janssens, vroeger boekhouder, heeft zijn leven een paar jaar geleden een nieuwe wending gegeven door landbouwer te worden. Om zijn bedrijf nog rendabeler te maken (de boerderij is te klein om de volledige broodwinning te kunnen zijn) besloot hij te diversifiëren door er ook een brouwerij te installeren. De tweedehandse brouwinstallatie kon hij op de kop tikken in Montana (USA): ze stond in de kelder van een afgebrand huis, maar was nog volledig intact. Ook de vulmachine en wasmachine zijn tweedehands; en de 50 jaar oude muselette-machine kochten ze van Frank Boon.
Voor de inrichting en ingebruikname van de brouwerij kreeg Hof ten Dormaal hulp van brouwconsulent Peter Kindts: hij zette de hele installatie in elkaar, leidde zoon Dries op tot brouwer en ontwikkelde het recept voor het eerste bier, de Dormaal Amber. Na een half jaar was Dries in staat om volledig zelfstandig te brouwen; tegenwoordig springt Peter af en toe nog bij omdat Dries het nog te druk heeft met zijn studies.
Aanvankelijk werd het bier gebotteld bij Boon. Dit was echter logistiek zeer zwaar: het bier moest eerst per tankwagen vervoerd worden, dan gebotteld, teruggebracht naar Tildonk en gestockeerd in een warme kamer (nu ja, eigenlijk een warmgestookte witloofkoelkamer van een bevriende witloofboer), en dan terug naar de brouwerij gebracht op een kar achter de traktor. Elke bak ging zo een viertal keer door de handen voordat het bier klaar was. Daarom kochten ze al snel een (tweedehandse) bottelarij, die zo'n 2000 flessen per uur aankan.
André en zoon Dries brouwen wekelijks zo'n 1.500 liter, waarbij ecologie hoog in het vaandel wordt gedragen. Gerst en ook een stuk van de hop, is van eigen teelt. De eerste bieren die er uit de kookketel vloeiden waren de Amber en Blond, samen met een jaarlijks winterbier. Vorig jaar kwam er dan nog de Hof Ten Dormaal Donker bij. Op 8 maart 2011 werd in de hoevebrouwerij het witloofbier Wit Goud voorgesteld. Vader en zoon Janssens konden hierbij op heel wat persbelangstelling rekenen. Wit Goud was eigenlijk al verkrijgbaar sinds vorige november onder de naam Winter 11, dat oorspronkelijk als een eenmalig Kerstbier op de markt werd gebracht, maar dat zo goed in de smaak viel dat besloten werd om het bier standaard in het gamma op te nemen. Winter 11 werd op die manier opnieuw gelanceerd onder de naam Wit Goud. Voor de productie van dit bier wordt een gedeelte van de bitterhop vervangen door de cichoreiwortel (de wortel van grondwitloof), waardoor een zeer unieke bitterheid gecreëerd wordt. Ook het witloof oogsten ze zelf.
Winter 12 is reeds het derde winterbier. Het werd pas op 1 oktober van dit jaar gebotteld en was dus vers van de pers op ons bierfestival. Dit blonde bier is niet te bitter en als speciaal ingrediënt werden er blaadjes van wilde roos (eglantier) uit eigen tuin aan toegevoegd. Hun eerste idee voor het nieuwe winterbier was een experiment met de blaadjes van de klaproos, maar klaproos (papaver) mag helaas niet gebruikt worden in voedingsmiddelen. Ze moesten dus het recept herdenken, en kwamen dan met de rozenblaadjes op de proppen.
Brouwerij Hof Ten Dormaal in Tildonk bij Haacht is een werkende vierkantshoeve midden in de velden. André Janssens, vroeger boekhouder, heeft zijn leven een paar jaar geleden een nieuwe wending gegeven door landbouwer te worden. Om zijn bedrijf nog rendabeler te maken (de boerderij is te klein om de volledige broodwinning te kunnen zijn) besloot hij te diversifiëren door er ook een brouwerij te installeren. De tweedehandse brouwinstallatie kon hij op de kop tikken in Montana (USA): ze stond in de kelder van een afgebrand huis, maar was nog volledig intact. Ook de vulmachine en wasmachine zijn tweedehands; en de 50 jaar oude muselette-machine kochten ze van Frank Boon.
Voor de inrichting en ingebruikname van de brouwerij kreeg Hof ten Dormaal hulp van brouwconsulent Peter Kindts: hij zette de hele installatie in elkaar, leidde zoon Dries op tot brouwer en ontwikkelde het recept voor het eerste bier, de Dormaal Amber. Na een half jaar was Dries in staat om volledig zelfstandig te brouwen; tegenwoordig springt Peter af en toe nog bij omdat Dries het nog te druk heeft met zijn studies.
Aanvankelijk werd het bier gebotteld bij Boon. Dit was echter logistiek zeer zwaar: het bier moest eerst per tankwagen vervoerd worden, dan gebotteld, teruggebracht naar Tildonk en gestockeerd in een warme kamer (nu ja, eigenlijk een warmgestookte witloofkoelkamer van een bevriende witloofboer), en dan terug naar de brouwerij gebracht op een kar achter de traktor. Elke bak ging zo een viertal keer door de handen voordat het bier klaar was. Daarom kochten ze al snel een (tweedehandse) bottelarij, die zo'n 2000 flessen per uur aankan.
André en zoon Dries brouwen wekelijks zo'n 1.500 liter, waarbij ecologie hoog in het vaandel wordt gedragen. Gerst en ook een stuk van de hop, is van eigen teelt. De eerste bieren die er uit de kookketel vloeiden waren de Amber en Blond, samen met een jaarlijks winterbier. Vorig jaar kwam er dan nog de Hof Ten Dormaal Donker bij. Op 8 maart 2011 werd in de hoevebrouwerij het witloofbier Wit Goud voorgesteld. Vader en zoon Janssens konden hierbij op heel wat persbelangstelling rekenen. Wit Goud was eigenlijk al verkrijgbaar sinds vorige november onder de naam Winter 11, dat oorspronkelijk als een eenmalig Kerstbier op de markt werd gebracht, maar dat zo goed in de smaak viel dat besloten werd om het bier standaard in het gamma op te nemen. Winter 11 werd op die manier opnieuw gelanceerd onder de naam Wit Goud. Voor de productie van dit bier wordt een gedeelte van de bitterhop vervangen door de cichoreiwortel (de wortel van grondwitloof), waardoor een zeer unieke bitterheid gecreëerd wordt. Ook het witloof oogsten ze zelf.
Winter 12 is reeds het derde winterbier. Het werd pas op 1 oktober van dit jaar gebotteld en was dus vers van de pers op ons bierfestival. Dit blonde bier is niet te bitter en als speciaal ingrediënt werden er blaadjes van wilde roos (eglantier) uit eigen tuin aan toegevoegd. Hun eerste idee voor het nieuwe winterbier was een experiment met de blaadjes van de klaproos, maar klaproos (papaver) mag helaas niet gebruikt worden in voedingsmiddelen. Ze moesten dus het recept herdenken, en kwamen dan met de rozenblaadjes op de proppen.
De Nacht (5,2 %) - Vissenaken, Vissenaken
Brouwerij Vissenaken is het project van Rudy Scheys, die in de ban geraakte van bier na een bierproeverij en daarna zelf bier begon te brouwen in hun zelfgebouwde installatie in de garage. Als actief lid van het plaatselijke toneelgezelschap "Welle(n) de Slumme(n) van Vessenake" brouwde hij jaarlijks een toneelbier voor elke opvoering. Elk jaar kreeg hij van Accijnzen de toelating een éénmalig brouwsel te maken en te schenken tijdens de voorstelling, maar toen de lokale bevolking steeds vaker kwam vragen om het bier ook te kunnen aankopen, werd besloten om de hobbybrouwerij officieel te laten erkennen. In april 2007 werd Brouwerij Vissenaken dan ook officieel opgericht.
Vissenaken heeft twee bieren standaard in hun gamma. Fasso (blond, 6,5%) verwijst naar de Germaan Fasso die zich in de streek vestigde. Het tweede bier Himelein (donker, 6%) is genoemd naar Sint-Hymelinus, een Schotse of Ierse heilige die in Vissenaken overleed. Daarnaast wordt er jaarlijks een winterbier "De Nacht" gebrouwen, en telkens een eenmalig bier voor de toneelkring, steeds met een wisselende naam naargelang het opgevoerde toneelstuk. Dit jaar was dat de Roze Ridder, die eveneens op de bierlijst van het festival stond. Het volgende toneelbier zal "Kaviaar of Spaghetti" heten, en zal uiteraard volgend jaar op de bierlijst prijken.
Brouwerij Vissenaken produceert slechts 200 liter per maand. Op sommige etiketten staat ook de datum: MDCLVII. Bij het napluizen van de stamboom van de familie Scheys werden enkele brouwersfamilies teruggevonden, en de vroegste vermelding van 'brouwer' komt voor in een document uit 1657 (MDCLVII).
De Nacht is dus het jaarlijkse winterbier. Het wordt slechts 1x gebrouwen, maar in dubbele hoeveelheid. Jaarlijks is er dus 400 liter van verkrijgbaar. Het is een zeer donker bier met lichtbruine schuimkraag, met toetsen van geroosterde mout en aroma’s van Perzische kruiden.
Brouwerij Vissenaken is het project van Rudy Scheys, die in de ban geraakte van bier na een bierproeverij en daarna zelf bier begon te brouwen in hun zelfgebouwde installatie in de garage. Als actief lid van het plaatselijke toneelgezelschap "Welle(n) de Slumme(n) van Vessenake" brouwde hij jaarlijks een toneelbier voor elke opvoering. Elk jaar kreeg hij van Accijnzen de toelating een éénmalig brouwsel te maken en te schenken tijdens de voorstelling, maar toen de lokale bevolking steeds vaker kwam vragen om het bier ook te kunnen aankopen, werd besloten om de hobbybrouwerij officieel te laten erkennen. In april 2007 werd Brouwerij Vissenaken dan ook officieel opgericht.
Vissenaken heeft twee bieren standaard in hun gamma. Fasso (blond, 6,5%) verwijst naar de Germaan Fasso die zich in de streek vestigde. Het tweede bier Himelein (donker, 6%) is genoemd naar Sint-Hymelinus, een Schotse of Ierse heilige die in Vissenaken overleed. Daarnaast wordt er jaarlijks een winterbier "De Nacht" gebrouwen, en telkens een eenmalig bier voor de toneelkring, steeds met een wisselende naam naargelang het opgevoerde toneelstuk. Dit jaar was dat de Roze Ridder, die eveneens op de bierlijst van het festival stond. Het volgende toneelbier zal "Kaviaar of Spaghetti" heten, en zal uiteraard volgend jaar op de bierlijst prijken.
Brouwerij Vissenaken produceert slechts 200 liter per maand. Op sommige etiketten staat ook de datum: MDCLVII. Bij het napluizen van de stamboom van de familie Scheys werden enkele brouwersfamilies teruggevonden, en de vroegste vermelding van 'brouwer' komt voor in een document uit 1657 (MDCLVII).
De Nacht is dus het jaarlijkse winterbier. Het wordt slechts 1x gebrouwen, maar in dubbele hoeveelheid. Jaarlijks is er dus 400 liter van verkrijgbaar. Het is een zeer donker bier met lichtbruine schuimkraag, met toetsen van geroosterde mout en aroma’s van Perzische kruiden.
