Algemene degustatie - vrijdag 13 juni 2014
(flyer: klik hier)
Organicus by Lupulus (8 %) - Les 3 Fourquets, Bovigny

Brasserie Les 3 Fourquets (de drie roerstokken) was een initiatief van Pierre Gobron en Chris Bauweraerts, de oprichters van Brasserie d’Achouffe. Zij gebruikten deze installatie sinds 2004, oorspronkelijk om proefbrouwsels te maken en ter bevoorrading van de nabijgelegen taverne waarvoor ze de Bleuette en de Fourquette (witte Ardense) brouwden.
In 2006 werd Brasserie d’Achouffe overgenomen door Brouwerij Moortgat, maar Les 3 Fourquets bleef totaal onafhankelijk. Er werd wel een akkoord gemaakt dat Les 3 Fourquets jaarlijks niet meer dan 1500 hl mag brouwen gedurende de eerste vijf jaar na de overname. Chris Bauweraerts heeft al zijn aandelen (50%) in 2008 verkocht aan Pierre Gobron die nu alleen eigenaar is van Les 3 Fourquets.
Sinds 2008 wordt Lupulus Blonde gebrouwen, in een oude hoeve die dateert uit 1808. 60% is bestemd voor export. Sinds 2010 werd in beperkte mate Lupulus Brune gebrouwen, eerst enkel lokaal verkrijgbaar (en op het Diesters Bierfestival), maar vanaf 2012 werd deze ook commercieel op de markt gebracht.
Nadien volgden de Magnum Lupulus Millesime (voor de vijfde verjaardag van de brouwerij), de Hibernatus en de Fructus. Het witbier La Fourquette wordt nog steeds geproduceerd, maar dit is voornamelijk voor de Italiaanse markt bestemd.
De namen van de bieren verwijzen enerzijds naar hop, een essentieel ingrediënt voor bier (Humulus lupulus), anderzijds is "lupulus" Latijn voor "klein wolfje". Op de etiketten en de glazen staat dan ook een afbeelding van een kleine wolf tussen hop.
De brouwerij heeft een groot probleem op het vlak van plaatsgebrek. Per jaar worden er 500 brouwsels van 10 hectoliter geproduceerd, er wordt dus 7 dagen op 7 gebrouwen. De gistingstanks staan nu al buiten op de koer.
In 2013 bedroeg de productie zelfs 7.000 hl. De maximumcapaciteit van de brouwerij is stilaan bereikt, en daarom zijn er concrete plannen voor uitbreiding. In de loop van 2014 komt er een nieuw gebouw achter de huidige brouwerij, met een oppervlakte van 1200 m2. Dit zal in eerste instantie gebruikt worden voor opslag en botteling. Als alles goed gaat met de verkoop van het bier, zal er in 2016 een nieuwe brouwinstallatie geplaatst worden, die hen zal toelaten hun jaarproductie op te drijven naar 10.000 hl.
Op termijn wil de brouwerij ook eigen hop verbouwen, maar dat zal pas voor binnen een vijftal jaar zijn.

Organicus by Lupulus is het eerste Luxemburgse bier met het bio-garantie-label. Pierre Gobron creëerde het bier samen met zijn zonen Julien en Tim. De mout en de hop zijn van biologische oorsprong. Het brouwen van een bio-bier is niet moeilijker dan een “standaard” bier, aldus de brouwer. De moeilijkheid zit in de onregelmatige beschikbaarheid van de biologische mout. Bio-mout wordt niet behandeld met middelen die het kiemen bevorderen, en daardoor kan de kwaliteit schommelen. Een ander aspect waarmee de brouwer rekening moet houden, is dat hij zijn brouwweek moet beginnen met de Organicus, in een perfect gereinigde brouwinstallatie, zodat er geen “vervuiling” is met niet-biologische mout.
Gengoulf (6,1 %) - Brasserie Gengoulf, Villers-devant-Orval

Brasserie Gengoulf werd opgericht in april 2013 door 4 vrienden: André Odwa, Vincent Habran, Olivier Tarnus en Marc Hisette. Aanvankelijk brouwden ze gewoon voor hun plezier, tot bleek dat de kookpotten niet meer volstonden. Daarom besloten ze een eigen brouwerij op te richten. Elke twee weken brouwen ze 5x180 liter, dus 9 hl om de twee weken.

De naam is die van de patroonheilige van het dorpje Villers-devant-Orval: Saint-Gengoulf.
Eén van de brouwers werkt als laborant in de nabijgelegen trappistenbrouwerij, waardoor er wel wat brouwexpertise in het gezelschap is. De brouwerij is momenteel nog heel kleinschalig en ze maken iedere 2 weken in het weekend enkele brouwsels om de gistingstank van 1000 liter te vullen.
Het bottelen, etiketteren en verpakken gebeurt nog met de hand, maar er zijn prille plannen om een muur uit te breken en een bottellijn te installeren. Dit zou ook ruimte openen om de capaciteit van de brouwerij uit te breiden. Dat de heren creatieve doe-het-zelvers zijn is duidelijk, want voor de koeling van het wort gebruiken ze een zelf ontwikkeld koelsysteem dat gebruikt maakt van het water uit het riviertje dat achter de brouwerij stroomt.

Voorlopig wordt er slechts één bier gebrouwen dat blond tot licht-amberkleurig is. Het bier is met 25 EBU wat minder bitter dan dat van hun buren, de paters van Orval, maar bezit volgens de brouwers evenveel karakter.
Er werd ook al een “eau-de-bière” gemaakt, een distillaat op basis van GenGoulf, maar het is niet zeker of dat in de handel verkrijgbaar is.

GenGoulf is een blond bier, ontworpen om zowel dames als heren te kunnen bekoren. Omdat de echtgenotes van de brouwers hadden aangegeven dat ze bepaalde bieren uit de regio te bitter vonden, hebben ze het bier iets minder bitter gemaakt dan bijvoorbeeld Orval, terwijl het toch het nodige karakter bezit.
Op het etiket staat viermaal het hoofd van St. Gengoulf zoals hij eruit ziet op een standbeeld in het dorp: een beetje een vreemd gezicht, met één oog dat wat uit de richting kijkt, wat het visueel wel interessant maakt.
La Petite Frangine (4,5 %) - Brasserie de la Semois, Florenville (gebrouwen bij St. Hélène, Ethe)

Het avontuur van de hobbybrouwers van Brasserie de la Semois begon in de winter van 2007 toen ze hun eerste recepten ontwikkelden in wat kookpotten. Ze hadden al van bij het begin een gezonde interesse om op ontdekkingstocht te gaan in het universum van de hop.
Philippe Husson en Bruno Collard, schoonbroers, kregen tijdens een familiefeest het idee om een eigen bier te creëren. De andere familieleden zorgden ervoor dat Philippe en Bruno het idee niet meer loslieten, tot ze zich uiteindelijk aan het experimenteren zetten in wat kookpotten. Dat was in de winter van 2007. Het eerste bier dat ze op punt stelden, was een amberkleurig bier dat de naam Frangine Ambrée kreeg (“Frangine” is Frans voor “zusje”). Dan volgde het klassieke verhaal: het zelfgebrouwen bier viel zodanig goed in de smaak bij familieleden en vrienden dat de kleine hobbybrouwsels elkaar in een steeds sneller tempo opvolgden. De hoofdrolspelers in het bier waren drie moutsoorten, twee hopsoorten en een droge gist.
Toen ze op een punt kwamen dat het bier zo snel de deur uitging dat er niets meer overbleef voor eigen gebruik, besloten ze naar Eddy Pourtois van Brasserie Sainte-Hélène te stappen om daar het bier op grotere schaal te brouwen. Na Frangine Ambrée volgde de hoppige Frangine Blonde, en inmiddels is ook een lichtalcoholisch derde bier aan het gamma toegevoegd, La Petite Frangine.
Het bier wordt verkocht via bierhandel Mi-Orge Mi-Houblon in Aarlen.

La Petite Frangine is het nieuwste bier in het gamma, volgens onze informatie op de markt sinds 2013. Met slechts 4,5 vol.% alc. is het een licht en verfrissend zomers bier, gebrouwen met Orval-gist en aardig gehopt (40 EBU) met slechts één hopsoort (Columbus) zodat het fruitige aroma en de typische smaak van deze hop goed naar voor komt. 
Onderzoek met een gaschromatograaf heeft uitgewezen dat de hopvariëteiten Columbus, Tomahawk en Zeus zo goed als identiek zijn, en praktisch niet van mekaar kunnen onderscheiden worden, waardoor ze soms ook onder de naam CTZ vernoemd worden. Deze hopsoort vindt zijn oorsprong in Amerika en is hoofdzakelijk een bitterhop, hoewel hij ook dikwijls als aromahop wordt gebruikt. Wanneer Columbus op het einde van de kooktijd wordt toegevoegd heeft hij vooral een aardachtig karakter met toetsen van citrus. Het is hoofdzakelijk een kruidige hop die een meer bittere beet heeft dan andere soorten, maar slechts een korte bewaartijd heeft.
Zanzi (8 %) - Brasserie Millevertus, Breuvanne

Brasserie Millevertus is eigenlijk een samenvoeging van 2 woorden: mille en vertus, wat vertaald wil zeggen 'duizend deugden'. Daniel Lessire werkte 25 jaar in een bank in Luxemburg, maar als gevolg van een herstructurering moest hij in januari 2003 op zoek naar een nieuwe uitdaging. Hij wou eerst een “table d’hôtes” openen in het zuiden van Frankrijk, maar bij het nuttigen van een bier van brouwerij de Rulles, en vooral dank zij de aanmoedigingen van zijn echtgenote Jocelyne, kwam hij op het idee om een eigen brouwerij te beginnen. Hij bezocht verschillende brouwerijen, liep gedurende drie maanden stage bij brouwerij Sainte-Hélène, en investeerde in de installaties van een melkerij die hij verbouwde tot kleine artisanale brouwinstallatie in Toernich, een deelgemeente van Aarlen in de provincie Luxemburg.
Daniel heeft dan wel geen specifieke opleiding in de bier- of brouwsector gehad, maar hij heeft een passie voor de keuken en zijn intuïtieve aanwending van de ingrediënten leidde ertoe dat hij een breed gamma bieren kon ontwikkelen, vertrekkend van enkele “dorpsbieren” (La Mousse de Toernich, La Toernichoise, La Blanchette de Toernich). Gaandeweg zoekt hij ook nieuwe recepten door te experimenteren met de verschillende ingrediënten: Spelziale (met spelt), Blanchette de Lorraine (een tarwebier met mirabelle), Bella Mère, La Mère Superieure, Saxy Chili (met chili’s) en La Toernichoise Fumée (een rookbier). In 2007 wordt zijn passie beloond met een « Zilveren Roerstok » voor het bier L’Amarante, waarin zwarte pepers verwerkt werden (St. Nicolas de Port, Frankrijk). Brasserie Millevertus brouwde vroeger 350 hectoliter per jaar, maar de productie nam gaandeweg toe, waardoor de brouwerij in 2011 aan uitbreiding toe is. Er wordt verhuisd van Toernich naar Breuvanne, deelgemeente van Tintigny, waar de brouwerij gevestigd is op het Domaine de Millevertus in Breuvanne. De productie steeg ondertussen naar ongeveer 1.500 hectoliter per jaar. Daniel neemt ook Jérémie Plainchamp, een landbouwkundige, in dienst, die enkele verbeteringen in het productieproces aanbrengt, en een strakkere stijl in de bieren brengt. Alle naamsverwijzingen naar de vroegere vestiging in Toernich verdwijnen om plaats te maken voor de referentie naar “Vertus” en in mei 2012 wint hun bruine bier La Douce Vertus de titel « Best Belgian Beer of Wallonia ».

Er bestaan twee versies van Zanzi. De versie waarbij de dobbelstenen op het etiket driemaal één aanduiden, is een etiketbier van La Mère Vertus, de tripel van Millevertus. De versie met driemaal drie op de dobbelstenen is een origineel bier. Uiteraard schenken we het originele bier.
Zanzi is gebrouwen op basis van speltmout. Er werden hopbloemen gebruikt als bitterhop, als aromahop en voor dryhopping. 
Dark White (4,5 %) - Brasserie Fantôme, Soy

Brouwerij Fantôme werd opgericht in1988 op initiatief van Dany Prignon en zijn vader. Dany had eerst jarenlang in de toeristische sector gewerkt en wilde met de brouwerij zijn dorp en streek opnieuw wat meer leven inblazen. Omdat hij wilde teruggrijpen naar de tijd dat elk dorp zijn brouwerijtje had waar bier gebrouwen werd voor dagelijks gebruik (tafelbier) richtte hij zich vooral op het namaken van oude recepten van lichtalcoholische bieren. De regionale insteek is tot vandaag nog terug te vinden in de Confrérie de la Fantôme, die zich richt op de promotie van de streek via de producten.
Op zoek naar een naam die een regionale inslag had, kwamen ze algauw op “Fantôme”, het Franse woord voor spook, dat verwijst naar de legende van Gravin Berthe van La Roche, die men tijdens bepaalde avonden, omstreeks het vallen van de nacht, ziet ronddwalen in de ruïnes van het kasteel waar ze de dood vond. Voor de toeristen: van 5 juli tot en met 23 augustus 2014, rond 22 u (niet elke dag: het spook verschijnt niet bij regenweer en/of harde wind).
De kleine brouwerij heeft nog steeds een sterk familiaal karakter. Hartelijkheid en sterk gediversifieerde producten zijn het motto, en het mag niet te commercieel zijn (lees: bepaald geen saaie smaken). De brouwerij wil vooral verschillend zijn van de rest en deel uitmaken van het dorp. Dany organiseert dan ook tal van activiteiten om het slapende dorp terug tot leven te wekken.
Bronwater (Val d’Aisne) geeft het bier haar basiskarakter, maar de brouwer is ook niet spaarzaam met specifieke kruiden of fruit. Er wordt éénmaal per week 750 liter gebrouwen, de hoofdgisting gebeurt in 4 cylindroconische tanks, waarna het bier nog 18 dagen lagert vooraleer het op fles gaat. Na de hergisting, en een verdere rustperiode van 15 dagen, is het bier klaar om geproefd te worden.

Dark White is een kruidig bier met onder andere zwarte peper, gemaakt als eerbetoon voor Burgundian Babble Belt, een buitenlands bierdiscussieforum dat Belgisch bier als voornaamste focus heeft.
La Grande 10 (10 %) - Brasserie Artisanale de Rulles, Rulles

Brasserie Artisanale de Rulles werd in het jaar 2000 opgericht door Grégory Verhelst, een brouwingenieur afkomstig uit Doornik. In de zoektocht naar de ideale locatie liet Grégory zich leiden door de kwaliteit van het water, de nabijheid van een autostrade en een warm klimaat. Hij vond alle elementen in een pand in Rulles, een deelgemeente van Habay, pal in het centrum.
In hetzelfde jaar wordt er een brouwinstallatie met een capaciteit van 1.000 liter geïnstalleerd en ziet het eerste bier, La Rulles Blonde, het daglicht. Het eerste jaar haalt de brouwerij een jaarproductie van 129 hectoliter (12.900 liter).
Naar aanleiding van de eerste verjaardag van de brouwerij, produceert Grégory een Rulles Cuvée 1er Anniversaire, dat later vast in het gamma komt onder de naam Rulles Brune. De jaarproductie is ondertussen al gestegen naar 225 hectoliter. En de productie blijft stijgen: 311 hectoliter in 2002, 412 hectoliter in 2003. Dat jaar wordt La Rulles Triple voor het eerst gebrouwen, en is er al nood aan de bouw van een nieuwe hall voor de stockage van het bier. In enkele jaren tijd heeft Brasserie Artisanale de Rulles zowel in België als in het buitenland naambekendheid gekregen. Ongeveer 60% van de productie is bestemd voor het buitenland. Grégory wijt het succes deels aan Palix, een bekende cartoonist, die verantwoordelijk is voor het ontwerp van de etiketten.
In 2005 zien twee nieuwe bieren het daglicht: La Rulles Estivale et de Cuvée Meilleurs Voeux. De jaarproductie zit dan al bijna aan 800 hectoliter, meer dan het zesvoudige dan vijf jaar geleden.
2006 wordt een scharnierjaar voor de brouwerij. De productie is zodanig gestegen, dat een nieuwe brouwinstallatie met een capaciteit van 3.000 liter per brouwsel wordt geïnstalleerd. Er wordt verder geïnvesteerd in nieuwe (open) gistingskuipen en een halfautomatische flessenvuller. Het jaar nadien, in 2007 bedraagt de jaarproductie al 1.555 hectoliter, bijna het dubbele van twee jaar eerder. Dat de brouwerij met open gistingskuipen werkt is geen toeval: Grégory deed een stage bij Brouwerij De Koninck die van open naar gesloten gistingstanks ging, en hij vond dat dit een merkbaar verlies aan smaak met zich mee bracht. Bij de uitbreiding van zijn eigen brouwerij koos hij dan ook resoluut voor open kuipen.
In 2010 viert de brouwerij haar tiende verjaardag, en wordt voor de gelegenheid de Rulles Grande 10 aan het gamma toegevoegd. Een jaar later, in 2011, zit de jaarproductie van 2.267 hectoliter alweer bijna aan de maximumcapaciteit. Er wordt een degustatielokaal geïnstalleerd en in 2013 wordt de productiehall uitgebreid: nieuwe gistingstanks, nieuwe lageringstanks en een opvullijn voor vaten zorgen ervoor dat er jaarlijks een maximumproductie van 7.000 hectoliter mogelijk zou zijn. In februari 2014 wordt het eerste brouwsel in de nieuwe ketels geproduceerd.

La Grande 10 werd geproduceerd voor de 10de verjaardag van de brouwerij. Het is een blond, sterk bier, waarin de alcohol vrij goed verscholen zit. La Grande 10 is een seizoensbier en wordt alleen in de winter geproduceerd.
Ardenne Stout (8 %) - Brasserie de Bastogne, Vaux-sur-Sûre

Brasserie de Bastogne is een relatief nieuwe brouwerij die het levenslicht zag in december 2008. Voordien was Brasserie de Bastogne wel reeds actief als bierfirma, die hun bieren liet brouwen bij Brasserie de Rulles. Het gebeurt niet zo vaak, maar sommige bierfirma’s slagen er toch in om door te groeien naar brouwerij, en dit was ook het geval voor Brasserie de Bastogne.
Philippe Minne, burgerlijk ingenieur en brouwmeester, en zijn vrouw Catherine die het commerciële en administratieve gedeelte van het bedrijf beheert, zijn de drijvende krachten achter de brouwerij. Een derde vennoot, landbouwer Philippe Meurisse, stelt de lokatie binnen zijn hoeve ter beschikking, in een klein gehucht tussen Vaux-sur-Sûre en deelgemeente Sibret. De brouwinstallatie met een capaciteit van 10 hectoliter (1.000 liter) is eigenlijk de voormalige brouwinstallatie van Brasserie La Rulles, waar Bastogne voordien als bierfirma actief was.
La Trouffette Blonde was het eerste bier dat geproduceerd werd, toen nog bij Brasserie de Rulles. Het werd genoemd naar Trouffet, een folkloristisch dorpspersonage uit Bastogne (Bastenaken).  Vanaf december 2008 werd dan de eigen brouwinstallatie in gebruik genomen en werd het Trouffette-gamma uitgebreid met de Brune en de Rousse. De brouwerij produceert ook twee seizoensbieren: Belle d’été voor de zomer en Givrée voor de winter.
In 2010 bedroeg de jaarproductie van Brasserie de Bastogne 210 hl. In juli 2011 werd Bastogne Pale Ale op de markt gebracht, het eerste bier dat niet in het gamma Trouffette ondergebracht werd.
De bieren waren tot voor kort alleen beschikbaar in 75 cl flessen, en lokaal ook op vat. Maar nu zijn sommige bieren, zoals Ardenne Stout en Bastogne Pale Ale ook beschikbaar in kleine flesjes.

Ardenne Stout is de jongste telg in de familie van Brasserie de Bastogne. Het zou echter gaan om een eenmalige productie, die bovendien nog eens sterk gelimiteerd is. Er werden slechts 95 bakken van geproduceerd, waarvan een groot deel reeds in dorstige kelen verdwenen op het Zythos Bierfestival eind april. Wellicht is deze degustatie dus één van de weinige keren (of de enige keer) dat dit bier te proeven is.
Voor dit bier werd 80% bleke mout gebruikt, 10% geroosterde spelt en nog wat amberkleurige mouten.
Voor een bier met veel gebrande mouten, is het ook behoorlijk gehopt. Het heeft een bitterheid van 60 EBU door het gebruik van de hopsoorten Mosaïc (de hopsoort waarmee de nieuwe Duvel Tripel Hop 2014 werd gemaakt) en Belgische Golding hop. Ardenne Stout werd bovendien gedrooghopt met Hallertau-hop.
Het bier werd 3 maanden gerijpt in eikenhouten vaten.
Black Mamba (4,3 %) - Brasserie St. Hélène, Ethe

Eddy Pourtois, de oprichter van Brasserie St. Hélène, is een autodidact. Hij begon op amateuristische wijze met de productie van drank toen hij op een appartement in Brussel ging wonen en zich verveelde. Hij kocht een kit om fruitwijnen te maken en kocht fruit op de markt aan het Zuidstation. Later verhuisde hij naar de Gaume, een regio in het zuiden van het land dat van een soort microklimaat geniet waardoor het ook wel gekend is als de “Petit Provence” van België, waar zijn ouders een huis hadden. Hij bleef er fruitwijnen maken, maar legde zich ook toe op het maken van cider. Omdat hij echter het ene jaar genoeg fruit had en het volgende niet, besloot Eddy zich toe te leggen op bier, waarvoor de beschikbaarheid van de ingrediënten constanter was.
Hij brouwde zijn eerste bier in 1995 in de Rue Sainte Hélène (vandaar de naam van de brouwerij) in Orsinfaing, maar het is pas in 1999 dat hij investeert in een serieuze brouwinstallatie van 300 liter en het bier ook begint te commercialiseren. Brasserie St. Hélène is hierdoor de eerste artisanale brouwerij in de Gaume. Toen de brouwerij officieel werd, volgde Eddy een opleiding brouwtechnieken in Leuven en een brouwcursus in Nancy.
In 2003 verhuist de brouwerij naar Virton, waar met de bieren Sainte Hélène Blonde, Ambrée en de Triple D’Jean een jaarproductie van 160 hectoliter wordt gehaald, maar twee jaar later (in 2005) verhuist de brouwerij opnieuw, deze keer naar Ethe, een deelgemeente van Virton. Er komt ook een nieuwe brouwinstallatie waarmee 1.400 liter per keer mee kan gebrouwen worden.
Door de constante groei van de productie gaat Eddy Pourtois in 2011 in zee met een nieuwe vennoot: Raphaël Vanoudenhoven, die sommige mensen misschien nog kennen van de beginjaren van de bierfirma Lion à Plume. Eddy en Raphaël richtten de SPRL (of BVBA) Brasserie Sainte Hélène op en voeren een volledige restyling van de bieren door. Alle bieren krijgen nieuwe namen en nieuwe etiketten. Er wordt ook meteen geïnvesteerd in een automatische afvullijn en in de uitbreiding van de brouwcapaciteit tot een productie van 2.500 liter per dag.
De brouwers houden er vrij traditionele methodes op na, die hen in staat stelt om bieren te produceren die de basisingrediënten (mout, hop, gist) in de verf te zetten. Het gebruik van modern brouwmateriaal garandeert een optimale kwaliteit, maar elk brouwsel wordt ook systematisch geanalyseerd in de laboratoria van de abdij van Orval.
De ketels bevinden zich op de bovenste verdieping van het gebouw, onder de pannen van het dak, en worden met open vuur gestookt. Na vergisting in de twee vergistingsvaten, wordt het bier gedurende twee weken in 4 lageringstanks gestockeerd aan een temperatuur van ongeveer 4 °C. De bottelingsmachine kan 2.500 flessen per uur aan.
Met een dagelijkse brouwcapaciteit van 2.500 liter, zou St. Hélène een jaarproductie van 1.000 hectoliter (100.000 liter), of 130.000 flessen van 75 cl, kunnen halen. Deze productie wordt vandaag de dag nog niet gehaald, maar er wordt gehoopt dat binnen enkele jaren dit plafond wel wordt bereikt.

De brouwerij profileert de Black Mamba als een “hoppy English stout”. Vrij ongebruikelijk bevat de stout immers aardige hoeveelheden van de hopsoorten Simcoe en Citra. Vooraleer het bier haar definitieve naam kreeg, heette het trouwens Citra Stout.
Het bier combineert dan ook de typische gebrande mout (met toetsen van koffie, chocolade, cichorei) met fijne, fruitige, florale hoppige toetsen. Door het beperkte alcoholpercentage is het bier niet zwaar, maar wel vol van smaak.